1 januari 2013 is het onderzoek naar de (meer)waarde van de verschillende organisatievormen van de eerste lijn officieel gestart. Bij de openingsbijeenkomst van het JVEI op 19 maart 2010 sprak Prof. Dr. Dinny de Bakker reeds over “wat zijn de ingrediënten van de pil samenwerking”. Nu ruim twee jaar later hebben we de handen van onderzoekers en financiers op elkaar en kunnen we het onderzoek starten. Het NIVEL, RIVM en JVEI onderzoeken gezamenlijk welke aspecten van geïntegreerde eerstelijns zorgverlening het meest effectief zijn. ZonMw, ZN en het ROS-netwerk verzorgen de financiering.
De verwachtingen omtrent de eerstelijnsgezondheidszorg zijn hoog gespannen, wanneer het gaat over een beter beheersbare en kosteneffectiever gezondheidszorg. Het vermoeden bestaat dat de eerstelijnsgezondheidszorg deze verwachtingen alleen kan waarmaken, wanneer deze een zekere mate van organisatie vertoont en op grotere schaal dan die van de individuele hulpverlener wordt aangeboden. Hoe ver deze integratie en opschaling zou moeten gaan, is niet eenduidig vastgesteld. Ook is nooit goed vastgesteld in hoeverre kostenbesparingen gepaard kunnen gaan met voldoende kwaliteit van zorg en zodoende een gelijke kwaliteit van leven.
Doel van het onderzoek dat we hier voorstellen, is om na te gaan welke aspecten van geïntegreerde eerstelijnszorg bijdragen aan de doelmatigheid daarvan, waarbij naast de kosten als uitkomstmaat ook de kwaliteit van zorg en de kwaliteit van leven van de betrokken patiëntenpopulatie in beschouwing worden genomen.
Het onderzoek richt zich op de volgende algemene vraagstelling:
Welke aspecten van geïntegreerde zorg zijn het meest bepalend voor effectieve en efficiënte zorg, gecorrigeerd voor kwaliteit van leven?
Het onderzoek betreft de zorg in de meest uitgebreide zin van het woord (eerstelijns en specialistisch, medisch, paramedisch en verpleegkundig), maar heeft als eenheid van onderzoek de eerstelijnsvoorziening en de mate waarin hierin diverse aspecten van geïntegreerde zorg aanwezig zijn.
De hoofdvraag kan in de volgende deelvragen uitgesplitst worden:
1) Welke vormen van geïntegreerde zorg kunnen we onderscheiden en in welke mate komen ze voor?
2) Is er een samenhang tussen het voorkomen van deze vormen en andere aspecten van de context waarbinnen eerstelijnsvoorzieningen werken (zoals b.v. financieringsvormen)?
3) In hoeverre en in welke opzichten verschillen eerstelijnsvoorzieningen in de kosten die ze genereren?
4) Is er een verband tussen de aanwezigheid van aspecten van geïntegreerde zorg en de kosten die eerstelijnsvoorzieningen genereren, onder gelijke kwaliteit van leven van de patiëntenpopulatie?
5) Is er een verband tussen de aanwezigheid van aspecten van geïntegreerde zorg en de kwaliteit van zorg die geleverd wordt, onder gelijke kwaliteit van leven van de patiëntenpopulatie?
6) Is er een verband tussen de aanwezigheid van aspecten van geïntegreerde zorg en de kosteneffectiviteit, gecontroleerd voor de case-mix in de patiëntenpopulatie?
We zullen deze vragen beantwoorden, door bij 320 eerstelijnsvoorzieningen, gestratificeerd over kenmerken van samenwerking, omvang, regionale spreiding en urbanisatiegraad, vast te stellen in welke mate deze geïntegreerde zorg bieden.
Van deze praktijken wordt via VEKTIS op gedetailleerd niveau vastgesteld welke kosten zij in 2010 gegenereerd hebben. Met een survey onder steekproeven ingeschreven patiënten wordt de kwaliteit van leven per praktijk vastgesteld. Bij een belangrijk deel van deze praktijken – n.l. voor zover ze participeren in bestaande netwerken LINH, SUNN of peilstations – wordt de kwaliteit van in 2010 geleverde zorg vastgesteld. Al deze gegevens met betrekking tot “geïntegreerde zorg”, kosten, kwaliteit van zorg en kwaliteit van leven worden binnen één integraal kader geanalyseerd, waarmee bovenstaande vraagstelling zal worden beantwoord.
Dit onderzoek is uniek in Nederland, omdat tot nu toe onderzoek naar meerwaarde van georganiseerde eerstelijnszorg nog nooit op integrale wijze kosten, effecten en kwaliteit van zorg/leven in beschouwing nam. Ook is dit onderzoek tot op heden niet op nationaal niveau met nationaal te generaliseren resultaten uitgevoerd.
Het onderzoek zal het veld inzicht verschaffen in de werkzame bestanddelen van de diverse aspecten van “geïntegreerde eerstelijnszorg”. Het zal zorgverzekeraars informatie verschaffen waarmee ze hun zorginkoopbeleid kunnen valideren en evalueren. Dit inzicht zal voor patiënten en hun organisaties de zorgorganisatie transparanter maken en hen daarbij bijstaan in keuzes die ze moeten maken bij de samenstelling van hun verzekeringspakket. Het zal de overheid c.q. beleidsmakers inzicht verschaffen in de factoren waarmee effectiviteit en kosteneffectiviteit kan worden beïnvloed.